Max ligt opgerold braaf in zijn mand,
jij op de bank een boek te lezen.
Jullie hebben een supergoede band,
dat begon een half jaar geleden:
Mooi huis, vrienden, happy, toch alleen,
Google, Marktplaats, zocht een pup, vond Max.
Kocht een bench, mand, speelgoed, ging erheen,
haalde hem op, verheugde je op straks.
Wit met zwart met glimmend bruine ogen,
lief, vol energie, pootjes nog wat zwak,
puppycursus, niet te ver lopen,
niet bijten, springen, rustig bij een gast.
Kraste je meubels, hing in de gordijnen,
staart maaide kopjes van de tafel af.
Kleed op bank moest kans op schade verkleinen,
hekje voorkwam toegang tot de trap.
Veel naar buiten, zon, bui of harde wind,
hele buurt verliefd op ’t jonge beest.
Luisterde, hoofd scheef, ogen vol begrip,
likte je hand als de dag zwaar was geweest.
Huis begon flink naar hond te stinken,
consequent zijn ging niet altijd goed,
alleen zijn lukte niet, Max ging gillen,
blafte en beet, sprong tegen bezoek.
Beloning, straf, je had geleerd hoe ‘t moest,
jij was de baas, dat moest heel duidelijk zijn.
Rechtvaardig, consequent, maar soms ook moe,
het viel je zwaar, je lachte, maar was niet blij.
Max moest aan drukte leren wennen.
Samen op de fiets en in de trein
had je lol, mooie momenten.
En zo kwam het, langzaam, dat jullie
nu onafscheidelijk zijn.
Waar haal je toch al die inspiratie vandaan. Ik heb een vermoeden. leuk hoor!