Vlakbij het dorp waar ik tijdelijk woon en werk ligt het grootste hunebed van Nederland. Het enorme bouwwerk is 22,5 meter lang en als je het ziet, kun je je voorstellen dat men vroeger dacht dat hunebedden door reuzen werden gebouwd.
Later werd uitgevonden dat hoewel het zwaar werk was, hunebedden werden gebouwd door ploegen van normale mensen. Waarschijnlijk door gespecialiseerde bouwploegen.
Ze bouwden zandheuvels die later weer werden weggehaald. Op die heuvels legden ze boomstammen, waarover de keien werden gerold. Geen gemakkelijk karweitje, heel wat mensen waren er maanden mee bezig.
Het is meer dan 5000 jaar geleden dat de mensen in deze streek op deze manier hun doden begroeven. De doden kregen voor hun laatste reis aardewerk, wapens en soms sieraden mee. Ook zijn sporen van vuur gevonden. Hoe het allemaal precies ging, weten we niet. Maar we weten wel dat begraven een ritueel was dat tijd en zorg vergde.
Wij begraven onze doden een stuk sneller. En een stuk soberder. Bij mijn weten geven we ze niet zoveel mee. Misschien een keer een geliefde teddybeer of de pijp die opa altijd rookte, maar daar heb je het mee gehad. Onze graven bestaan over 5000 jaar ook vast niet meer. Die worden geruimd na het stoppen van het betalen van het grafrecht. Lekker efficiënt.
Hunebedden worden nog steeds gebouwd. Een stuk kleiner. Dat wel. En ze dienen nu als versiering van de tuin.